Innovatiebox
Het doel van de Innovatiebox (INNOBOX) is het fiscaal stimuleren van innovatief onderzoek door ondernemers.
Looptijd | 01.01.2010 - onbepaald |
Aanvraagtermijn | Vooraf |
Budget | Voor 2022: € 1433 miljoen. Voor 2021: € 1410 miljoen. Voor 2020: € 1636 miljoen. |
Behandeld door | Belastingdienst (variabel) |
Verstrekt door | Belastingdienst (variabel) |
- 433 open subsidies aangeboden
- 88 adviseurs stand-by
- Gratis account!
Het doel van de Innovatiebox (INNOBOX) is het fiscaal stimuleren van innovatief onderzoek door ondernemers.
De Innovatiebox is de opvolger van de Octrooibox en is gebaseerd op artikel 12b tot en met 12bg van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.
Ondernemers die belastingplichtig zijn onder de Wet op de vennootschapsbelasting (bv of nv) kunnen alle winsten die worden behaald met bepaalde innovatieve activiteiten in een speciale tariefbox binnen de vennootschapsbelasting laten onderbrengen en op verzoek belasten tegen het verlaagde tarief van 9%.
Voorwaarde is dat de ondernemer beschikt over een S&O-verklaring (vanuit de WBSO), gekregen voor een eigen innovatie (de wettelijke term hiervoor is ‘immateriële activa’). Voor grote ondernemingen (dit zijn ondernemingen met een geconsolideerde groepsomzet van minimaal € 50 miljoen of een bruto inkomen uit immateriële activa van minimaal € 7,5 miljoen per jaar) geldt de aanvullende eis dat de technische innovatie wordt beschermd door een octrooi of kwekersrecht, kwalificeert als programmatuur of een geneesmiddel waarvoor een vergunning is verleend voor het in handel brengen ervan.
Met ingang van 2017 is de Innovatiebox in lijn gebracht met de nexusbenadering. Binnen deze benadering wordt door middel van de zogenaamde nexusbreuk bepaald welk gedeelte van de voordelen in aanmerking komt voor het verlaagde tarief. De nexusbreuk is: kwalificerende voordelen = [(kwalificerende uitgaven x 1,3) gedeeld door (totale uitgaven)] x voordelen. De kwalificerende uitgaven zijn beperkt tot de uitgaven van eigen (dus niet binnen de groep uitbestede) ontwikkelingsactiviteiten en uitgaven van aan derden uitbestede ontwikkelingsactiviteiten. Binnen de nexusbenadering worden de S&O-uitgaven van een buitenlandse vaste inrichting gezien als eigen uitgaven.
Voor de Innovatiebox geldt een drempel. Dat wil zeggen dat de voordelen die de innovatie of technologie oplevert (royalties, verkoopwinsten) pas laag belast zijn als de ondernemer de voortbrengingskosten (de maakkosten van de eigen innovatie of technologie) heeft ingelopen. De drempel moet in beginsel worden bepaald en toegepast per kwalificerend immaterieel activum, indien echter de voordelen en de nexusbreuk worden bepaald per groep van samenhangende kwalificerende immateriële activa, wordt de drempel ook bepaald per groep van samenhangende kwalificerende immateriële activa.
De ondernemer kan elk jaar beslissen of hij gebruik gaat maken van de Innovatiebox. Ook kan hij met de Belastingdienst afspraken maken over het bepalen van de winst die in de Innovatiebox valt.
Belastingplichtigen kunnen ervoor kiezen de voordelen die kunnen worden toegerekend aan de Innovatiebox op forfaitaire wijze bepalen. Als voor de forfaitaire regeling wordt gekozen, wordt 25% van de winst aangemerkt als het saldo van voordelen uit hoofde van alle immateriële activa en daarmee in de Innovatiebox belast. Daarbij hoeft geen drempel in aanmerking te worden genomen. Wel is het forfaitaire bedrag gemaximeerd op € 25.000.
De Belastingdienst stelt de in te lopen voortbrengingskosten tegelijk met de aanslag definitief vast met een beschikking.
Handige links
Extra informatie bij deze subsidie
Subsidie direct aanvragen
Deze subsidie kan aangevraagd worden bij Belastingdienst (variabel).
Belastingdienst (variabel)
variabel
NEDERLAND